De meest dodelijke fout in de begeleiding van verzuim is een afwachtende houding. Wil je als (case)manager onnodig (lang) verzuim voorkomen, onnodige loonsancties voorkomen, onnodige instroom in de WIA-voorkomen en bovendien zorgdragen voor duurzame terugkeer en inzetbaarheid dan zul je in actie moeten komen.
Eigen regie is geen loos begrip. Bij de beoordeling van het reïntegratie-verslag (in het kader van een WIA-aanvraag) ziet het UWV de werkgever als eerste verantwoordelijke. Is de reïntegratie niet goed verlopen, dan krijgt de werkgever de loonsanctie. Bij de toekenning van een WIA-uitkering (en inmiddels ook bij een deel van de ziektewet-uitkeringen) is de werkgever financieel verantwoordelijk. Het uit handen geven van de regie (ofwel het verzuimmanagement) kan heel duur uit pakken als pappen en nathouden en heel veel, maar vooral ook lang wachten de norm is.
De regie bij de verzuimbegeleiding wordt bij veel werkgevers nog steeds (bewust of onbewust) uit handen gegeven aan de bedrijfsarts. Dat is op zijn zachtst gezegd vreemd gezien het feit dat een groot deel van het verzuim niet medisch van aard is. Een snelle zoekactie met Google laat zien dat uit onderzoek blijkt dat 2,5% van het verzuim ‘natuurlijk’ is; de zogenaamde ‘echte’ zieken. In andere artikelen wordt aangehaald dat 65 tot 70% van het verzuim gedragsmatig is. Hier liggen dus bij uitstek de kansen voor begeleiding en sturing door de (case)manager.
Regisseren en begeleiden zijn werkwoorden. Werkgevers, werknemers, maar vaak ook bedrijfsartsen beseffen vaak niet dat er heel veel mogelijkheden zijn om het verzuim te beïnvloeden als activeren, daadwerkelijk benutten van mogelijkheden, stimuleren, probleem oplossen en de juiste voorwaarden scheppen als uitgangspunten worden genomen.